maandag 15 maart 2021

Maart Maand van de H. Jozef H.Teresa van Avila over de H. Jozef - Redder uit




In die tijd kreeg ik een bijzondere godsvrucht voor de heilige Mis en voor, onder alle opzichten goedgekeurde gebeden. Andere godsvruchtige oefeningen echter, waar vooral vrouwen aan hielden, en die meestal gepaard gingen met allerlei ceremonies, vond ik onverdraaglijk. Later bleken ze ongepast en “van bijgelovige aard. De glorievolle heilige Jozef nam ik tot bemiddelaar en meester. Ik beval me dringend bij hem aan. Ik zag klaar en duidelijk hoe hij als vader en heer, mij beter uit deze moeilijkheden hielp dan ik kon vragen. Hij haalde me ook uit andere, nog ergere, waarbij de eer en het heil van mijn ziel op het spel stonden.
Tot op vandaag herinner ik me niet hem wat dan ook, zonder resultaat gevraagd te hebben. De grote gunsten me door God op voorspraak van deze gelukzalige heilige geschonken, zijn gewoon wonderbaar, net als de manier waarop hij mij uit gevaren naar lichaam en ziel redde.
Aan andere heiligen schijnt God de genade te verlenen aan een bepaalde behoefte tegemoet te komen. Maar bij ondervinding weet ik dat Hij aan deze glorievolle Heilige verleent in alles te voorzien. Daardoor laat God blijkbaar verstaan hoe Hij, op aarde onderworpen aan wie zijn vader genoemd werd – zijn voedstervader die Hem mocht bevelen – ook nu in de hemel nog doet wat die Hem vraagt. Heel wat anderen aan wie ik de raad gaf tot hem te gaan, ondervonden hetzelfde. Vanuit deze ervaring gaan velen hem opnieuw vereren.

Ik deed mijn best zijn feest heel luisterrijk te vieren. Alles moest zo verzorgd en zo goed mogelijk verlopen. Maar al was mijn bedoeling niet verkeerd, ik liet me toch meer leiden door ijdelheid dan door de ware geest. Als de Heer me de genade gaf iets goeds te doen, dan zat het altijd vol onvolmaaktheden en tekortkomingen. De fout ligt hierin: ik was in mijn ijver bijzonder vaardig in het verkeerde, het overbezorgde, het ijdele. God vergeve het mij.

Vermits ik ondervond hoeveel die glorievolle heilige bij God vermocht, wilde ik iedereen voor hem winnen. Ik ken niemand die hem werkelijk vereerde en bijzonder diende en niet flink vorderde in deugd. Zielen die hun toevlucht tot hem nemen, helpt hij op allerlei manieren. Al meerdere jaren, meen ik, vraag ik hem iets op zijn feestdag en telkens krijg ik het. Zit mijn vraag scheef, dan weet hij ze recht te trekken en voor mij nuttig te maken.

Had ik als schijfster enig gezag, ik zou van ganser harte uitweiden en, in het lang en breed vertellen over de gunsten, die deze glorierijke heilige aan mij en aan anderen schonk. Ik wil echter niet méér zeggen dan me opgedragen werd. Wat sommige zaken betreft zal ik korter zijn dan ik wens, en over andere weer langer dan nodig. Zo zal het worden. Ik weet immers niet altijd zo goed te onderscheiden wat best is. Maar aan wie me niet gelooft vraag ik, probeer het uit liefde tot God. De ondervinding zal je leren hoe goed het is zich aan die roemrijke patriarch toe te vertrouwen en hem te vereren. Vooral mensen die zich aan het gebed wijden, zouden hem genegen moeten zijn. Ik kan mij niet inbeelden hoe je aan de Koningin der Engelen kunt denken en aan de lange tijd die zij doorbracht met het Kindje Jezus, zonder Sint-Jozef te danken omdat hij hen zo goed hielp.
Vind je geen meester voor je gebed, neem dan deze glorierijke heilige tot leraar. Je zult niet verdwalen onderweg. 

Geve God dat het niet verkeerd van me was hierover zo aanmoedigend te spreken. Want, zelf vereerde ik hem wel openlijk, maar om hem te dienen en na te volgen schoot ik steeds opnieuw te kort. Hij schonk mij nochtans de grote gunst weer te kunnen staan en lopen en niet langer verlamd te zijn. Maar zoals steeds misbruikte ik ook deze gunst.

Teresa van Avila over de heilige Jozef, uit Mijn leven. Autobiografie, Gent 1984, hfdst. 6, nn. 6-8