maandag 8 mei 2017

Overweging bij ons Patroonsfeest vandaag - oproepend tot het licht der waarheid!

8 mei Hoogfeest van de HH. Wiro, Plechelmus en Otgerus
Patronen van de basiliek en parochie van Sint Odilienberg
________________________________________________
De wijsheid van de heiligen wordt met ere vermeld onder de volken en de Kerk verkondigt hun lof; hun namen blijven voortleven door alle tijden” (cf Sir 44,15.14) zo hoorden wij in de intredezang en in de eerste lezing!
Daarmee eren wij vandaag bijzonder de heiligen Wiro, Plechelmus en Otgerus, heilige mannen die zich eeuwige roem hebben verworven. God heeft hen ons gegeven in de personen van de Angelsaksische geloofsverkondigers Wiro, Plechelmus, bisschoppen, en de diaken Otgerus. In het bisdom Roermond zijn hun namen niet alleen bijzonder verbonden met Sint Odiliënberg, maar ook met de stad en het bisdom Roermond zelf.
Volgens hun Vitae, dat zijn de vrome levensbeschrijvingen van heiligen, hebben zij reeds vroeg  het geloof verkondigd vanaf de Sint Petrusberg aan de Roer die hen als verblijfplaats werd geschonken door een van de Pippiniden, het voorgeslacht van Karel de Grote. De bouw van een klooster, toegewijd aan de H.Petrus,  waarvan sprake is in een oorkonde uit de negende eeuw en een aan de H. Maagd Maria toegewijde kapel op deze berg wordt aan deze missionarissen toegeschreven. Tenminste vanaf de achtste eeuw wordt op deze heilige plaats tot God gebeden – en hoeveel belangen zullen er vanaf dat moment tot op de dag van vandaag bij Onze Lieve Heer zijn aanbevolen!
Uit het patronaatschap van Sint Petrus maar ook uit de bisschopswijding van Wiro en Plechelmus door de paus zelf, blijkt een sterke band met Rome. Ook die band is gebleven tot op de dag van vandaag.
De levensbeschrijving van Wiro verhaalt dat hij zich ijverig toelegde op de studie der letteren, vroomheid en deugdbeoefening. In  liefde tot Christus ontstoken  “werd hij niet gebroken door tegenslag en verhief hij zich ook niet bij voorspoed”. Hij reisde naar Rome, samen met de priester Plechelmus en de diaken Otgerus en daar werd hij door de bisschop van Rome gewijd; teruggekeerd bij de zijnen oefende hij daar een tijdlang zijn herderlijke taak in een heilige levenswandel. Hij reisde naar Gallië om daar de vreugde van het Evangelie te verkondigen waartoe een van de Pepijnen hem een plaats in de bossen aanwees, ver verwijderd van het rumoer der wereld aan de rivier de Roer, de later genoemde Odiliënberg. Dáár toonde hij zich voor allen een spiegel van ware godsvrucht.   Christus alléén in zijn hart, Christus alléén op zijn lippen: en niets anders dan Christus beminnend, offerde hij zich dagelijks voor Hem op het altaar van zijn hart in het H. Misoffer. Levend van het gebed, was hij barmhartig en vergevensgezind, voor zichzelf sober, voor anderen gul en welwillend. Overal  voorbeelden van nederigheid en liefde gevend, was hij een licht voor het volk en bracht hij de Naam Jezus onder de mensen door woord en voorbeeld.  Tenslotte werd de uitgediende soldaat, gebroken door vele inspanningen, door de Heer naar het hemelrijk geroepen op de 8ste mei 710. Zijn eerbiedwaardig lichaam, eervol in de genoemde Mariakapel begraven, werd vanaf dat moment door vele wonderen beroemd.
In 954 werden Wiro, Plechelmus en Otgerus door Balderik van Kleef, bisschop van Utrecht tot de eer der altaren verheven. Dat is een goede 100 jaar nadat bisschop Hungerus van Utrecht met zijn kanunniken op dezelfde Petrusberg een veilig onderkomen vond waarna de Petrusberg ruim vijf eeuwen lang een klein kapittel herbergde: een Utrechtse enclave in het bisdom Luik (vanaf het jaar 1559 bisdom Roermond). Bisschop Balderik van Utrecht bevorderde tot in de verste uithoeken van zijn bisdom de devotie tot Wiro, Plechelmus en Otgerus: Plechelmus in Oldenzaal en Otgerus in Groningen.  Op de liturgische kalenders en in oude litanieën van het bisdom Utrecht vinden we dan ook hun namen terug.
In 1299 verleenden een patriarch, twee aartsbisschoppen en bisschoppen en negen bisschoppen in Rome gezamenlijk onder de gebruikelijke voorwaarden een aflaat van 40 dagen verleenden aan degenen die de kerk van Sint Odiliënberg bezochten op o.a. de feestdag van de drie Bergse heiligen. Een  aflaat van 100 dagen verleenden nog eens 13 kardinalen in 1485 – en toen waren er veel minder kardinalen dan nu! In die tijd zongen de kanunniken van het H.Graf jaarlijks op 15 juli, feestdag van Sint Plechelmus in de Vespers de antifoon ‘Tres viri Deo dediti‘ : over drie godgewijde mannen die na een pelgrimsreis naar Rome op de Odilienberg zich toelegden op hemelse contemplatie,  wier relieken hier te ruste werden gelegd die hier eerbiedig worden vereerd en wier voorspraak in de hemel wij afsmeken.
In 1361 namen de kanunniken van Odilienberg toen zij zich vanwege hun veiligheid binnen de stadsmuren van Roermond moesten terugtrekken een groot deel van de relieken mee en bleven zij deze vereren als toebehorend aan de eerste Apostelen van deze streken.  De feestdag van Sint Wiro werd toen reeds gevierd op 8 mei.
De oude Bergse Heiligen kregen in de liturgische kalender van het Bisdom Roermond ieder hun eigen feestdag, zelfs met octaaf in Sint Odilienberg, en dat is zo gebleven tot het Tweede Vatikaanse Concilie toen hun feestdagen werden samengevoegd op 8 mei.
Een beschrijving van de stadsprocessie van Roermond uit 1666, waarbij de volgorde van de groepen blijkbaar zeer nauw luisterde, verhaalt dat de praalkist van de heiligen Wiro, Plechelmus en Otgerus door de geestelijkheid van de bisschopskerk werd meegedragen achter de abdis en de zusters van de Munsterkerk en vóór de leden van het kathedrale kapittel, de parochie-geestelijkheid en de bisschop met het H.Sacrament.  Kan men zich een prominenter plaats voorstellen, achter de zusters en voor de geestelijkheid?
Twintig jaar later bij de inwijding van de gerestaureerde kerk  op 12 mei 1686, is onder massale deelname van gelovigen een groot gedeelte van het vijf eeuwen eerder naar Roermond meegenomen gebeente in processie naar Sint Odilienberg teruggebracht. De kerk van Sint Odilienberg wordt bij deze gelegenheid onder het drievoudig patronaat van Wiro, Plechelmus en Otgerus geplaatst.
Het duizendjarig bestaan van de kerkstichting door Wiro en de zijnen werd in 1706 groots gevierd in juli rond de feestdag van Plechelmus. Pelgrims en bedevaarten blijven komen, ook en toenemend eind 19e eeuw naar de grondig gerestaureerde kerk. Op 16 juni 1887 bevestigde paus Leo XIII dat de verering van de drie parochiepatronen legitiem was (mocht daar nog aan getwijfeld worden!)
De vroege evangelisatie van de drie Angelsaksische geloofsverkondigers en hun betekenis voor de regio was ook voor Rome bepalend bij de Verheffing van de kerk tot basilica minor in 1957.
In onze herinnering leven zij voort als trouwe geloofsverkondigers die met onuitputtelijke ijver vele mensen uit de duisternis van het ongeloof tot het licht van de waarheid hebben geroepen. Zo hebben zij als Gods vrienden eeuwige roem verworven. Tot op de dag van vandaag wordt op dezelfde berg gebeden en ook daardoor het geloof verkondigd.
Een gedeelte van het eerbiedwaardig gebeente van de drie Heiligen rust in het reliekschijn hier, onder dit altaar, waar dagelijks de verrezen en levende Christus aanwezig komt in de H. Eucharistie bij het consacreren van brood en wijn. De heiligheid van de drie Heiligen verwijst tenslotte altijd naar de absoluut Heilige: God Zelf. Wij staan ook vandaag in de traditie van deze drie grote heiligen en worden opgeroepen om te bidden en het geloof te verkondigen, zoals zij dat ook hebben gedaan.